Stop met 55+ senioren te noemen
We wennen beter al maar aan het beeld van 55+ op de werkvloer nu het duidelijk wordt dat werken tot 65 of beter 67 de regel is en niet langer de uitzondering. Alhoewel 65 sinds het einde van de 19de eeuw werd ingevoerd als de pensioenleeftijd, spreken we toch van senioren vanaf 55 jaar terwijl senior staat voor iemand die niet langer professioneel actief is. De reden hiervoor is vrij eenvoudig, het waren witte merels die tot 65 aan de slag bleven. Wie kon, pitste er enkele jaren af via een arsenaal aan uitzonderingsmaatregelen die de overheid hiervoor ter beschikking stelde. 55 werd de regel, 65 de uitzondering. Dat senioren vanaf 55 gerekend worden, is dus niet te verwonderen. Dat het niet langer vol te houden is, spreekt voor zich.
Toevallig botste ik deze week op een Frans onderzoek waarin de vraag aan 55+ werd gesteld vanaf wanneer ze zich ook senior voelen. Dat iemand van 55 zich liever nog geen senior noemt, verwondert wellicht niemand. Twee derde van de senioren tussen 55 en 60 voelde zich hier nog niet klaar voor en de volgende 5 jaar neemt dit amper toe. Senior staat voor oud en alhoewel we dit allemaal willen worden, wil niemand het zijn en toch zeker niet op die leeftijd. Volgens dit Franse onderzoek valt het omslagmoment waarop men zich neerlegt bij het seniorschap net voor de zeventigste verjaardag. Dan kan ongeveer 70% van de groep zich hiermee verzoenen. Als het van de Fransen afhangt, dan kan elke seniorenbeurs maar beter zijn databestand en aanbod aanpassen willen ze niemand voor het hoofd stoten als ze de uitnodigingen uitsturen.
Ook de buitenwereld heeft het soms moeilijk om senioren in senioren te zien. ’Verrek, er zijn geen bejaarden meer,’ schreef Linda Asselbergs in Weekend Knack (09/11/2016) toen ze als reporter op cruise meereisde naar IJsland en Groenland met een groep senioren in jeans, kleurige jekkers, stoere sneakers met de smartphone in aanslag. Dat ze zelf tot die groep van senioren werd gerekend toen ze 55 werd, was haar nog niet opgevallen. Ze had toen immers nog 10 jaar voor de boeg vooraleer ze met pensioen kan. Het lokaal dienstencentrum sloeg ook de bal fout toen ze haar uitnodiging stuurden voor een matinee met David Davidse die liedjes uit de jaren dertig zou brengen. Voor alle duidelijkheid, haar jeugd speelde zich af in de jaren ’70 en ’80.
Senior is geen koosnaampje en zeker niet voor wie jonger dan 70 is. Volgens dit onderzoek is er vanaf dan voor de meerderheid geen ontkomen meer aan. Alhoewel tussen 71 en 75 jaar voelt nog ruim 1 op 4 zich geen senior. Dat de gezondheid wat moet meezitten en je financieel alles op een rijtje moet hebben, zullen wel meer dan een randvoorwaarde zijn. En een gezonde dosis je m’en foutisme komt vanaf dan goed zeker pas als iemand je toch liever oud en bejaard noemt.
Nochtans zijn leeftijd, gezondheid en geld niet de enige parameters die een rol spelen in het zich al dan senior voelen. Het internet zou wel eens het jeugdelixir kunnen zijn dat er voor zorgt dat 55+ zich (nog) geen senior voelt.
Van de senioren in dit Franse onderzoek die nooit het internet gebruiken, voelt 7 op 10 zich een senior terwijl wie wel thuis is op het internet zich slechts in 1 op de 2 gevallen een senior voelt. Via het internet blijven ze in contact met familie en vrienden (75%), volgen ze de actualiteit (70%), gaan op zoek naar informatie (70%), shoppen online (55%) of spelen spelletjes (35%). Zaken die je niet onmiddellijk verbindt met senioren en die maken dat je je langer jong blijft voelen.
Laat ons dus niet alles boven de 55 op één hoop gooien. Er is echt wel nog wat verschil tussen een agiele zestiger en een fragiele tachtiger zoals Linda Asselbergs het in haar artikel ‘Oud worden voor beginners’ schrijft.